9 juli 2021 leestijd 3 min door Hans Both
Nieuw beleid Belastingdienst bij WHOA-akkoord
De Leidraad Invordering is per 1 juli 2021 aangepast, onder meer in verband met de nieuwe wet Homologatie Onderhands Akkoord. De Belastingdienst wil met de wijziging duidelijkheid verschaffen hoe de Belastingdienst omgaat met belastingschulden ingeval een bedrijf wordt gesaneerd. De praktijk had behoefte aan meer duidelijkheid. De vraag is of die duidelijkheid met de wijziging van de Leidraad is gegeven.
Voor de praktijk is noodzakelijk dat de Belastingdienst duidelijk beleid hanteert. Bedrijven en hun juridisch adviseurs willen immers kunnen voorspellen of het verstandig is te investeren in zo’n saneringsplan. De Belastingdienst is preferent schuldeiser en verdient dus een bijzondere positie ook als het gaat om een sanering onder de WHOA. De per 1 juli verschenen wijziging van de Leidraad Invordering 2008 zou meer inzicht in het WHOA-beleid van de Belastingdienst moeten geven.
De indruk bestaat dat het beleid er niet duidelijker op is geworden. De oude regels waren wel helder. De Belastingdienst doet met zijn preferente vordering mee als alle schuldeisers meedoen en de Belastingdienst vanwege haar positie een dubbel percentage ontvangt. Nu staat in het gewijzigde beleid dat de Belastingdienst van dit uitgangspunt kan afwijken. Dat ‘kan’ dus voor het bedrijf positief, maar ook negatief zijn. Zo’n ‘kan’-bepaling werkt verder willekeur in de hand. Het is maar net tegen welke persoon van de Ontvanger je aan loopt.
Verder houdt de Belastingdienst in de gewijzigde Leidraad een flinke slag om de arm bij de uitleg dat de Belastingdienst met het WHOA- akkoord beter af moet zijn dan met een faillissement. Op het moment dat een saneringsvoorstel wordt gedaan is meestal niet duidelijk hoe hoog de belastingschuld precies is en waarop de Belastingdienst zich overigens kan verhalen. Denk daarbij aan het bodemvoorrecht. Op grond daarvan kan de Belastingdienst zich verhalen op activa, die formeel niet van de belastingplichtige is, maar wél van belang is voor de vraag of de Belastingdienst met een WHOA-akkoord beter af is dan ingeval van een officieel faillissement.
Ook de positie van de bestuurder blijft met het gewijzigde beleid vaag. Als de Belastingdienst van mening is dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid zal de Belastingdienst op grond van de Leidraad Invordering in principe niet meewerken aan een WHOA-akkoord. Op dat moment staat evenwel niet vast dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid. Daar beslist immers niet de Belastingdienst over, maar de rechter. Het kan dus zijn dat de Belastingdienst naar achteraf blijkt ten onrechte haar steun heeft onthouden aan een WHOA-akkoord.
Kortom, de wijzigingen in de Leidraad zijn per saldo boterzacht. Je hebt dus een goede juridisch adviseur nodig die samen met de accountant op basis van een goed verhaal de Belastingdienst meekrijgt.
Lid Insolad